Wie betaalt de prijs van spotgoedkope kleding in sommige winkels? Dit is één van de vragen waar de leerlingen uit klas 2 deze week over nadenken. Bij Nederlands is de tweede themaweek begonnen en die gaat over ‘fast fashion’. Met verschillende tekstsoorten, zoals een boekfragment en krantenartikelen, maar ook met ondersteunende video’s, duiken we de diepte in. Niet alleen bereidt deze themaweek de leerlingen voor op de krant die ze in de volgende periode zelf gaan maken, ook wordt begrijpend lezen interessanter. Leerlingen weten en vinden van alles over 'fast fashion' en doen enthousiast mee. Als een thema aanspreekt, zijn ze gemotiveerder om te lezen en blijven ze vol aandacht bij de les.
Hieronder een kleine greep uit de reacties van klas V2e:
- “Er is op dit moment echt wel genoeg kleding op de wereld om 20 jaar vooruit te komen.”
- “Kijk mevrouw, deze trui is toch superleuk, geen fast fashion hoor, gewoon van Vinted.”
- “Ze verdienen daar in die naaiateliers in Myanmar misschien maar twee euro per dag, maar het leven is natuurlijk veel goedkoper, dus uh… ja, dan hebben ze misschien ook echt minder geld nodig…?”
- “Hoe kan je nou dromen over een toekomst, als je niet naar school mag en alleen maar moet werken.”
- “Als het al in de winkel ligt, dan kan ik het net zo goed kopen.”
Onderstaande krant is gemaakt aan de hand van gevonden artikelen van klas V2E.
Niet alleen hebben we nagedacht over tekstdoelen, -soorten en -structuur, ook hebben de leerlingen leren luisteren en discussiëren met argumenten. En natuurlijk bepaalt iedereen zelf of de volgende aankoop een duurzame broek, een synthetisch shirt of een tweedehands trui wordt. Dit onderwerp heeft zeker stof tot nadenken gegeven, ook na deze week.
Janneke Poot, namens de sectie Nederlands